Spanje is het verdedigen van de twee jaar geleden gewonnen Europese titel begonnen met een 4-0-zege bij Liechtenstein. De kersverse wereldkampioen hoefde niet diep te gaan om te winnen. Fernando Torres scoorde twee keer.
De spits van Liverpool opende de score in de 18e minuut. Acht minuten daarna zorgde Villa voor de tweede goal. Na rust scoorde Torres nog een keer en vervolgens pikte Silva zijn doelpunt mee tussen de Alpen. In deze groep verspeelde Schotland al de eerste punten met een slordige 0-0 bij Litouwen.
Italië leek een moeilijke avond te krijgen bij Estland, toen de Baltische ploeg na een half uur brutaal de leiding nam door een doelpunt van Zenjov. Maar voordat de Azzurri echt in paniek konden raken, zorgden Cassano en Bonucci na een uur voor een mooie ommekeer met twee treffers binnen een paar minuten. Cassano, die tot dat moment geen sterke indruk had gemaakt, was verantwoordelijk voor de ommekeer. Hij maakte niet alleen gelijk op aangeven van Pirlo, maar zorgde ook met een geniaal hakje voor de tweede goal van Bonucci.
In deze groep leed WK-ganger Slovenië een pijnlijke nederlaag voor eigen publiek tegen Noord Ierland: 0-1. Evans maakte twintig minuten voor het einde het enige doelpunt. Servië is koploper met een 3-0-zege op de Faröer-eilanden. Oud-PSV’er Lazovic opende na een kwartier de score. Daarna scoorden Stankovic en Zigic.
